“Je hebt een bijzonder karige hardloopagenda” Een uitspraak van Eric.
Hij heeft gelijk. Maar na Apeldoorn was het voor mij zaak om weer op de been te komen, weer duurvermogen op te bouwen. Dus in maart en april liep ik nergens, afgezien van wat gezamenlijke duurlopen.
Voor afgelopen zondag stond aanvankelijk Leiden op de kalender. Vanwege wat persoonlijke redenen werd dat uiteindelijk Leeuwarden.
In Leiden had ik graag wat mensen willen ontmoeten. Die plannen, de wil hen te zien en samen met hen te lopen zijn er overigens nog steeds.
Maar in het mooie rustige Leeuwarden zou ik ook wat mensen zien. Om te beginnen, uiteraard Niels, maar ook Mettje.
We waren ruim op tijd, en liepen op ons gemak door het startgebied. Doordat het er zo rustig is liepen we al vrij snel Thierry tegen het lijf en ook Mettje sloot zich bij ons aan. In het startvak later ook Rien. Op hem had ik niet eens zo gerekend. Maar waarom ook niet? Het is tenslotte een hardlopende Fries! Hem ken ik nog van de Afsluitdijkrun en mijn 2e Amsterdamse marathon. Rien had wat blessures de laatste tijd. De grotere afstanden heeft hij opzij gezet. Maar een halve marathon moest kunnen. Leuk even zo bij te praten maar ineens is daar dan de start..we moesten rennen. O ja, rennen. Daar kwamen we voor!
Ik gebaarde Rien nog aan te sluiten maar hoorde nog net iets als “ja maar ik ga langzaam”.
In de eerste instantie liep ik samen met Niels de stad uit. Tenminste, voor mijn gevoel lag Leeuwarden al snel achter ons. Maar Niels heeft momenteel een enorm goede loopconditie. Hij is snel en kan dat nog lang volhouden ook. Niels liep dus van mij af, de afstand werd langzaamaan groter. Mijn insteek overigens was om deze loop vooral uit te lopen. Om mij heen te kijken en in elk geval weer eens een loopje gedaan te hebben. De snelheid boeide mij niet.
Er zijn wat privé zaken die mij bezighouden en een beetje in gedachten verzonken liep ik achter de meute aan. “Dit is een mooi tempo Martin…” Het was Rien, hij liep pal achter mij, kwam naast mij en zou dat ook voor meer dan de helft van de loop blijven doen. Een prima loopmaatje, veelal zwijgend, soms wat pratend, maar beiden net iets onder de 5′ per km lopend. Jemig, als ik dit zo zou volhouden…
Bij km 10 gaf ik aan even wat water te willen drinken. Het was toch wel wat warm aan het worden. We namen wat slokken water en pakten meteen de draad weer op. Rennend door een landschap wat mij bijzonder aanspreekt. Heerlijk tussen de weilanden door, een enkele boerderij, langs water, bruggetjes..enfin noem maar op. Ik zou er bijna, en misschien doe ik dat nog wel eens, een keer voor terugkeren om het nog eens te lopen.
Maar, het was warm. Schreef ik dat al? Bij km 14 voelde ik dat ik de macht over mijn benen kwijt raakte. Het duizelde iets. Voor mij even het signaal om te stoppen. Ik ging er vanuit dat ik echt moest afhaken. Rien en ik gaven elkaar de hand en Rien ging ervandoor. Dan maar wandelen. Wat kon mij het schelen? Ik keek lekker om mij heen. Moeten stoppen en moeten wandelen kan je als een tegenvaller zien, maar zo voelde het niet. Ondertussen liep Thierry (ingezet als 1.50 pacer) mij voorbij: “kom op Martin” Ik gebaarde dat het voor mij over was. Weer even later kwamen 2 uurs pacers mij voorbij. Oei, dat deed even zeer. Dat was toch mijn eer te na. Zou ik het dan toch maar weer proberen? Ik voelde me goed.
Het viel niet tegen. Maar na 900 m moest ik toch weer wandelen. Ik besloot om dat dan ook maar zo te blijven doen. 900 meter rennen, 100 meter wandelen en dan toch die finish halen. Maar het wandelen bleef uit. Op een gegeven moment voelde het weer goed en zelfs het tempo kwam weer in de buurt van wat ik voor mezelf redelijk vond. Ik was wel blij de stad weer te zien, want daar zou ook de einstreep zijn. Even morrelde ik, de stal was te ruiken, maar de lopers werden nog even een grachtje op gestuurd, er moest nog een lusje gemaakt worden. Maar ach, het lopen ging lekker, en de stad is mooi. Niets aan af te dingen!
Via whatsapp, naderhand met diverse maatjes, kon ik melden dat ik gezond over de finish was gekomen. En zo voelde het ook. Uiteindelijk met een goed gevoel het verhaal afgemaakt, gefinished en de medaille om de nek gehangen door een vriendelijk lachend Fries meisje.
Na de finish zag ik al vrij snel Rien weer die zeer verbaasd opkeek. En na even zoeken kwam ik Niels met onze vrouwen tegen. Bij Niels en Melanie thuis nog even met Mettje en haar familie koffie gedronken en wat nagepraat. En heerlijk gegeten.
foto’s: Djurre en Janke van der Schaaf